1940
Verhalen willen dat de nazi's anabole steroïden uittestten op gevangenen, op leden van de Gestapo en op Adolf Hitler (1889-1945) zelf. Om hun agressiviteit te verhogen en om hun fysieke kracht te verbeteren gebruikten de Duitse soldaten Testosteron. Volgens zijn lijfarts vertoonde de geestelijke toestand van Hitler op het einde van zijn leven alle kenmerken die wetenschappers associëren met overmatig steroïdengebruik: manie, acute paranoïde psychosen, overdreven agressie, gewelddadig gedrag, depressie en suïcidale ideeën.
H. Heyrodt en H. Weißenstein lieten een getrainde proefpersoon zes weken lang dagelijks op een gemotoriseerde loopband lopen tot volledige uitputting. Na 15 mg metamfetamine IM kwam het in vergelijking met de placeboproef tot een significante prestatietoename, die echter met klachten gepaard ging, zoals een branderig gevoel achter het sternum, buikpijn, dalend concentratieverlies en hoofdpijn.In 1940 publiceerden zij de resultaten in 'Archiv für Experimentelle Pathologie und Pharmakologie' onder de titel 'Über Steigerung Körperliche Leistungsfähigkeit durch Pervitin'.
1941
Op een snikhete dag startten 150 renners voor een wielerwedstrijd in het Zwitserse Bazel. Vijf van hen hadden Pervitin geslikt, eentje zelfs een pil van drie milligram. Na aankomst draaide hij volledig door, hij wilde glasscherven eten en bedreigde zijn kameraden, die hem naar het dichtsbijzijnde hospitaal brachten waar hij tenslotte terug tot zijn positieven kwam. Een andere renner slikte drie pillen met Cola en een beetje cognac. Na tweederde wedstrijd kreeg hij plots angstaanvallen en bewoog hij krampachtig zijn armen, hoofd en benen. Hij was ervan overtuigd dat de doping zijn levenseinde had ingeleid. Nadat de omstaanders hem eerst nog konden bedaren, sprong hij plots recht, dook in een rivier en verdronk.
1942
Het eerste geregistreerde geval van testosterongebruik bij paarden was Holloway. De kracht van deze 18-jarige ruin was opvallend gedaald, maar na toediening van testosteron won Holloway nog heel wat races en vestigde hij op 19-jarige leeftijd nog een draversrecord.
In zijn boek ‘The Male Hormone’ schreef de Amerikaanse microbioloog Paul Henry de Kruif (1890-1971):
“We weten dat zowel de St. Louis Cardinals als de St. Louis Browns het kampioenschap gewonnen hebben dank zij een overvloed aan vitaminen. Het zou interessant zijn om de productieve kracht van een overvloed testosteron te onderzoeken bij atleten.”
Daarmee vestigde hij de aandacht op synthetische anabole steroïden. Hij argumenteerde dat deze nieuwe hormonen in staat waren om personen te verjongen en dat ze hun productiviteit konden verhogen. Bovendien stimuleerden ze het lichaam bij de eiwitsynthese. De Kruif gaf grif toe dat hij dagelijks zelf twintig tot dertig milligram Testosteron slikte. In de wereld van de bodybuilding bleef het boek niet zonder gevolgen, zeker toen er in professionele tijdschriften positieve wetenschappelijke publicaties verschenen. Het toedienen van anabolica zou het lichaam verder ontwikkelen dan de ‘normale’ afmetingen en de 'normale' kracht. Alleen vergat men de nevenwerkingen te melden.
Het gebruik van Benzedrine en aanverwanten werd ook onafwendbaar in andere sporten. Om het werelduurrecord te verbreken op de baan, slikte de Italiaanse wielrenner Fausto Coppi (1919-1960) zeven pakken amfetamine.
Om de troepen gemotiveerd en agressief te houden gebruikte men tijdens de tweede Wereldoorlog amfetamines in het leger. De Duitsers slikten de metamfetamine Pervitin, de Verenigde Staten, Groot-Brittannië en Japan kozen voor Benzedrine, de handelsnaam voor amfetamine. De Raad van Europa beweert dat het op de Olympische Spelen van Berlijn voor het eerst opdook in de sport. In 1887 werd de eerste amfetamine vervaardigd en het afgeleide benzedrine werd in 1934 in de Verenigde Staten geïsoleerd. Omwille van de waargenomen effecten kreeg het de straatnaam 'speed'.
Tijdens de tweede Wereldoorlog slikten de Britse troepen 72 miljoen amfetaminetabletten en de RAF gerbruikte er zoveel dat een rapport gewaagde dat "Methedrine won the Battle of Britain". Het probleem is dat amfetamine tot een gemis aan oordeel en tot het nemen van risico’s leidt, wat betere sportprestaties kan opleveren, maar in gevechtsvliegtuigen en bommenwerpers veroorzaakte het meer crashlandingen dan de RAF aanvaarden kon. Het medicament werd dan ook ingetrokken, maar op de zwarte markt bleven grote voorraden achter. De verspreiding van het amfetaminegebruik bij sporters verliep vrij snel, uit autopsieverslagen en uit spontane bekentenissen van artsen, trainers, coaches en sporters bleek dat ze gangbaar waren in autosport, basketbal, honkbal (zelfs bij kinderen), boksen, kanoën, fietsen, voetbal, golf, bergbeklimmen, Roller Derby, rodeo, rugby, schaatsen, skiën, voetbal, squash, zwemmen, tennis, tafeltennis, atletiek, gewichtheffen en worstelen.
1944
In 1944 werd een cocktail van amfetamines en cocaïne getest die de soldaten aan het front nieuwe krachten moest geven. Maandenlang onderzoek in de labo's van de Universität Kiel leverde een gebruiksklare D-IX-pil op, een combinatie van vijf milligram cocaïne, drie milligram Pervitin, vijf milligram van het morfinepreparaat Eukodal en de synthetische cocaïne van de firma Merck. Tijdens de eerste Wereldoorlog gebruikten de piloten dit laatste product al om hun inspanningen vol te houden. Vanaf november 1944 werd het medicament uitgetest op gevangenen van het concentratiekamp Sachsenhausen, waarbij het belastingsvermogen van D-IX bepaald werd op mensen. In dat verband rapporteerde het 'Ärztlichem Kriegs-Tagebuch' dat proefkonijnen, dank zij het product, toekwamen met twee à drie rustpauzes tijdens de dagelijkse duurmarchen. Ook het verminderen van de slaap was opvallend. Na de tweede Wereldoorlog dook deze combinatie van cocaïne, methylamfetamine en morfine, die schertsend ook de Pot d'Adolf werd genoemd, op in de wielerpelotons als gebruiksklare pil, vooral in België en Frankrijk.